| Huwelijk |
| | |
| |
| met | Lutske Wijerds Popta |
| | Overleden | < 1604 |
| Notities | Eme (Yeme) Rogiersz, geboren ± 1570 en overleden midden 1635 te Harlingen,
trouwt Lutske Wijerds Popta. Lutske was een zuster van Adriaan Wijerds Popta
die getrouwd was met Maycke Rogiersdr de Gavere. Zij is in 1604 reeds overleden
en hij hertrouwt dat jaar met Lutske Joostes 29), vermoedelijk een dochter van
Joost Bonefacij; zij leeft nog op 18 december 1641.
In 1595 wordt Eme genoemd als lakenkoper en hij heeft in die jaren een "Com-
pagnie" met zijn zwager Adriaan Wijerds Popta 30). In 1598 komt hij voor als land-
meten 31). In 1609 zit hij in de hophandel en samen met Jan Haenckes Lamcama in de
tichelwerken 32). Deze Jan was gehuwd met Antie Werstra, zij was een dochter van
Tjerk Werstra en Lutske Joostes, Eme’s toenmalige echtgenote 33). Op 6 februari 1627
wordt Eme benoemd tot keurmeester van "de Rollen ofte Seijldoeck" der stad
Harlingen 34).
Wanneer we het leven van Eme overzien kunnen we stellen, dat hij een actief man
was die in vele zaken zat, waarbij grote sommen gelds rondgingen. Belangrijke
zakenrelaties te Amsterdam waren de kooplieden Marten Codde en Frans Jacobs de
Vries. Frans Jacobs de Vries te Amsterdam was gehuwd met Trijntgen Joostesdr.
Hij werd een welvarend koopman. Jan Fransz Tempelaer was gehuwd met Rommeke
(Commercke) Joostesdr te Harlingen. De laatste resten van de nalatenschap van hun
(schoon-)vader Joost de Boeuus worden verdeeld, 28 oktober 1614 79). Yeme zijn zoon
Joost de Gavere volgt in de jarren 1645-1647 een opoleiding tot koopman bij zijn neef
Jacob Fransz de Vries 80).
Er worden in het eerste huwelijk drie kinderen geboren 35). | | | | Het huwelijk werd beëindigd. | |
| | |
|
|